Page 41 - De bloei voorbij
P. 41
onvoldoende beschikte en Ton’s karakter kende, wilde ik een jurist, een accountant en iemand met verstand van organisatieprocessen en pr in het bestuur. Dat is gelukt. Ik werd in 1994 voorzitter van het eerste echte bestuur van Noorderlicht en heb in die rol geprobeerd de organisatie te professionaliseren. Daarmee bedoel ik dat er binnen organisatorische en procedurele kaders gewerkt ging worden met een jaarplanning, een begroting, een jaarverslag, enzovoort. Dat is gelukt. Zo veranderde de stichting met, meen ik, de instemming van Ton en hoofdcurator Wim Melis, die tot dan toe het stichtingsbestuur vormden.” Verstandhouding “Van meet af aan heb ik elke week, los van het bestuur, met Ton en Wim gepraat, want bij hen bestond een groot wantrouwen tegen deze opzet. Ze dachten dat het bestuur zou gaan voorschrijven hoe het beleid zou worden geformuleerd. Ik had profijt van het indertijd verzonden telegram, omdat ik daarmee had laten zien dat ik waardering voor Ton had. Langzamerhand heb ik hun vertrouwen gewonnen en duidelijk gemaakt dat ik alleen maar wilde dat de organisatie fatsoenlijk draaide en dat de financiën binnen de perken werden gehouden. Over dat laatste hoefde ik mij overigens geen enkele zorgen te maken, want beide mannen waren absoluut zuiver op de graat. Dat sprak ik ook uit op bestuursvergaderingen. Ton bleef wel in een wij/zij-houding hangen. Dat komt door zijn vechtersmentaliteit. Hij moet een tegenstander hebben. Maar naarmate Ton en Wim door kregen dat ik ze alle vrijheid gaf om het festival op te zetten en inhoud te geven, ontstond er langzamerhand toch een soort wij-gevoel. Toen ik Ton wat beter had leren kennen zei ik tegen hem: ‘Ik vind jou een lieve etter.’ Hij kreeg een kop als vuur. Het had iets van het uitdrukken van een steenpuist, waardoor je een soort openheid naar elkaar betracht in emotionele zin. We kregen een verstandhouding met elkaar. Ik was niet een bobo, zoals hij zich die voorstelde.” Rijk en regio “Ik heb samen met Ton met name gepleit voor een satellietmodel, wat betreft de landelijke structuur van de fotomanifestatie. In de Randstad mocht wat ons betreft een hoofdvestiging zijn. Daarvoor zijn we bij de directeur kunsten van het ministerie geweest, maar het is niet gelukt. Men wilde het niet. Er was | 39